CAS: "Nalatigheid bij Jamaicaanse dopingbestrijding"

Het Jamaicaans anti-dopingagentschap JADCO heeft stevige kritiek te verwerken gekregen van het Hof van Arbitrage voor Sport (CAS). Dat valt te lezen in een dinsdag gepubliceerd rapport over de vrijspraak van de Jamaicaanse atlete Veronica Campbell-Brown. Zij werd in februari door het CAS vrijgesproken van het gebruik van verboden middelen.

VCB testte vorig jaar positief tijdens een wedstrijd in de Jamaicaanse hoofdstad Kingston, maar kwam er in oktober vanaf met een publieke reprimande door de Jamaicaanse atletiekbond JAAA. Nadat de internationale atletiekbond, de IAAF, zich ermee ging bemoeien werd er door de Jamaicanen echter toch een schorsing van twee jaar opgelegd.

Campbell-Brown ging in beroep tegen haar straf, omdat er volgens haar advocaten niet juist was gehandeld omtrent het verkrijgen van de urinemonsters. Zo liep de atlete met een voor de helft gevuld flesje urine naar de wachtruimte, waar zich ook andere atleten bevonden. Ze zette het flesje op de grond terwijl ze water ging halen en oefeningen deed, om het flesje zo vol te kunnen krijgen. 

Volgens het CAS hebben de Jamaicaanse autoriteiten hier een grove fout gemaakt. Er zijn speciale regels waar aan voldaan moet worden om een geldig urinemonster te verkrijgen, maar op de manier die bij Campbell-Brown is toegepast is het onmogelijk te zeggen of het monster is vervuild met bijvoorbeeld water of zweet. Het beroep van de atlete werd hierdoor goedgekeurd en dinsdag publiceerde het CAS het volledige rapport.

"Het bewijs in deze zaak maakt duidelijk dat JAAA grote fouten heeft gemaakt omtrent het verkrijgen van het urinemonster en het omgaan met het monster terwijl deze nog niet volledig gevuld was. Deze fout, waarvoor geen enkele acceptabele uitleg is gegeven, geeft aanleiding tot ernstige zorgen over de integriteit van de anti-dopingprocessen van het JAAA en het omgaan met monsters en stalen door het JADCO", zo valt te lezen in de uitspraak.

"De tegenstrijdige verklaringen van getuigen van JADCO tegenover het disciplinaire panel van de Jamaicaanse atletiekbond baren ons grote zorgen over de betrouwbaarheid van genomen monsters bij Jamaicaanse atleten. Vanwege het gebrek aan goed bewijs, mede door het zeer slordig omgaan met het urinemonster, is er geen reden om aan te nemen dat de betreffende atlete de dopingregels heeft overtreden. Haar beroep wordt daardoor toegekend", zo sluit het CAS haar uitspraak af.