[1973] Chaotische en spectaculaire ouverture op Scheveningse boulevard

Op zaterdag 3 juli vertrekt de Tour de France voor de vijfde keer vanuit Nederland. Na de starts in Amsterdam (1954), Scheveningen (1973), Leiden (1978) en Den Bosch (1996) is dit jaar Rotterdam aan de beurt. In een specialreeks kijkt FOK!sport terug op de eerdere Tour-starts. Vandaag blikken we terug op het wielerspektakel in Scheveningen.

"Heya, Jopie, heya, Jopie." Tienduizenden enthousiaste wielervolgers schreeuwden op zaterdag 30 juni 1973 hun kelen schor tijdens de proloog in Scheveningen. Vanaf het startpodium aan de 'Strandweg Boulevard' tot de finish op diezelfde locatie werd Joop Zoetemelk vooruit gestuwd door deze krachtige yell. De héros local liet zich leiden door het geluid. Als een bezetene spoedde de nieuwbakken Nederlands kampioen op de weg - die overigens zonder zijn roodwitblauwe trui aan het vertrek kwam - zich een weg door de orkaan van geluid.  En met succes, want Jopie raffelde de 7.100 meter lange chrono af in negen minuten en 58 seconden. Daarmee bleef hij de andere eeuwige tweede, Raymond Poulidor, 0,8 seconden voor. Het leverde Zoetemelk niet enkel de dagzege op, maar ook le maillot jaune. De Tour van 1973 had niet beter kunnen beginnen!

En dat terwijl eerder die dag het wielerspektakel dreigde te eindigen in een fiasco. Op het moment van de officiële start van de ouverture van la Grande Boucle was het namelijk een gezellige chaos op de boulevard van Scheveningen. Het gros van de aanwezigen liep immers nog ogenschijnlijk nietsvermoedend over het parkoers; onder het mom 'even een boulevardje pakken'. En dat terwijl de toegangsprijzen toch pittig waren: ƒ 25,-voor de hoofdtribune, ƒ 15,- voor overige tribunes, ƒ 5,- voor staanplaatsen. Maar creatieve geesten hadden echter ontdekt dat het parkoers niet goed vergrendeld was. Er waren zo veel toegangswegen, dat sluitende controle niet mogelijk bleek. Al snel was duidelijk hoe je gratis binnen kwam; bijvoorbeeld via een afgemeerd schip van de Norfolk Line of, nog eenvoudiger, via het strand. Het was dan ook niet vreemd dat het op de zonnige, hete zaterdagmiddag stampvol was op de boulevard.  

Drukte bij de finish

Drukte bij de finish van de proloog.

De herhaalde oproepen van de speaker om de weg vrij te maken, waren aan dovemansoren gericht. Tot grote ergernis van Tour-baas Félix Lévitan, die niet gediend was van deze anarchie. "Wanneer de straat nú niet vrij wordt gemaakt, stoppen wij ermee!" Deze actie leek het gewenste resultaat te hebben, maar dat was slechts schijn. Zodra de eerste coureur van de startlijst, de Fransman Jean-Claude Baud (De Kova-Lejeune), om vier uur de proloog op gang schoot, liep het wederom mis. Tot verbijstering van de wielervolgers moest Baud al na honderd meter in de remmen knijpen, omdat hij zich vastreed in een achteloos rondlopende mensenmassa. Baud werd onmiddelijk teruggeroepen, waarna Lévitan ogenblikkelijk de meegereisde Franse politieagenten liet ingrijpen. 45 gendarmes veegden in een kwartier het parkoers kalm en kordaat schoon, waarna de zestigste editie van de Tour de France alsnog van start kon gaan.

En met succes dus. Al hadden weinigen Zoetemelk vooraf getipt als dagwinnaar. Incluis Jopie zelf, want de Nederlands kampioen had vooraf zo z'n bedenkingen over het parkoers. Het organisatiecomité van initiatiefnemer Cees Kouwenhoven - die la Grande Boucle naar Scheveningen hadden gehaald om de kustplaats weer op de kaart te brengen -  bedacht een bochtig en hobbelig parkoers voor de proloog, langs de haven en boulevard. "Heb je dat parkoers gezien van dat tijdritje waarmee ze beginnen?", aldus Zoetemelk. "Het zijn geloof ik wel meer dan twintig bochten! De helft haaks. En dan had ik nog wel met de gele trui uit Nederland willen vertrekken."

Desondanks laat Zoetemelk zich niet uit het veld slaan. Sterker: stiekem acht hij zich zelfs wel een beetje kansrijk. De echte proloogspecialisten ontbreken, incluis alleskunner Eddy Merckx. De Kannibaal, die met de eindzege in de editie van 1973 de eerste coureur had kunnen worden die de Tour vijfmaal op rij won, schitterde door afwezigheid. Merckx, die in het voorjaar al de Giro d'Italia (1e) en de Ronde van Spanje (1e) had gereden, meende dat de Tour er te veel aan was. "Ik ben geen robot", motiveerde de Belg zijn besluit. Al speelde op de achtergrond ook een geldkwestie een rol: Merckx wachtte nog altijd op de financiële afwikkeling van de Tour van 1972. In juli 1973 gaf Merckx dan ook de voorkeur aan kermiskoersen."

Zoetemelk met de gele trui

Joop Zoetemelk met le maillot jaune op het podium, na afloop van de proloog.

Zonder uitgesproken favoriet, zag Zoetemelk logischerwijs wel z'n kansen, mits hij het technische parkoers geconcentreerd zou aanpakken. "Je moet geen risico nemen met die scherpe bochten", was zijn eerste conclusie na een eerste rondgang over het parkoers. Waar de concurrentie het hield bij een simpele inspectie vlak voor ze op het startpodium geroepen werden, klom de Nederlander op de zaterdagochtend van de proloog na het ontbijt linea recta op zijn fiets. "Ik heb vanmorgen vroeg wel zes, zeven keer over het parkoers gereden om alle bochten uit mijn hoofd te leren. Dat heeft mij enorm veel voordeel opgeleverd. De anderen hebben het verschrikkelijk onderschat", concludeerde Zoetemelk droogjes na zijn proloogwinst met een grote grimas.

Zoetemelk besefte namelijk maar al te goed dat juist zijn gedrevenheid en wilskracht hem de winst hadden opgeleverd. Het leverde een minieme kloof van acht luttele tienden van een seconde met de nummer twee Poulidor: 9.58:37 om 9:59:17. "Ik had vaker het parkoers moeten rijden", verzuchtte de Fransman teleurgesteld. En met recht, want de blonde, pijlsnelle Nederlander boekte zijn tijdwinst voornamelijk langs de haven. Dat gedeelte was aartslastig door klinkers, kasseien en haakse bochten. Ter illustratie: de organisatie had zelfs kikvorsmannen in de havenkom geposteerd, voor het geval er renners te water zouden raken. Zo’n vaart liep het niet, maar in de haven werd wel het secondespel van deze korte tijdrit beslist.

De dagzege leverde Zoetemelk de gele trui op. Maar hij was er niet gerust op dat hij deze ook lang ging behouden: "Het is goed hier de trui aan te trekken, maar het is een incidenteel succesje. Morgen werken we opnieuw met seconden en dan kan ik de trui makkelijk weer verspelen, door de bonificatieseconden, bijvoorbeeld aan een sprinter." En zo geschiedde, als ware hij een visionair. Ruim twintigduizenden Rotterdammers en andere wielerliefhebbers zagen de Belg Willy Teirlinck (Sonolor) bij Sportpaleis Ahoy namelijk rit 1a, tussen Scheveningen en Rotterdam over een afstand van 84 km, naar zijn hand zetten en beslag leggen op het gele kleinood. Het Tour-circus verliet Nederland diezelfde middag, tijdens rit 1b van Rotterdam naar Sint-Niklaas, dan ook met le maillot jaune om de lenden van een Belg.