[Special] NHL Lockout 2004-2005
In het seizoen 2004-2005 kende de
NHL zijn dieptepunt door een spelersstaking. Het was voor het eerst in
de geschiedenis dat een grote professionele sportleague een heel seizoen
stillag. Hieronder lees je hoe het zover heeft kunnen komen en wat de
gevolgen tot op de dag van vandaag zijn.
Voorgeschiedenis
In
1994-1995 werd er door de NHL een salary cap voorgesteld, maar de
spelers waren hierop tegen. De reden voor de salary cap was volgens de
NHL-eigenaren om te voorkomen dat één of enkele teams de NHL zouden
domineren doordat zij een grotere achterban hadden (Toronto, Detroit,
New York en Philadelphia). De spelers waren hierop tegen omdat hun
inkomsten achteruit zouden gaan. De NHL stelde voor om de inkomsten van
een club te binden aan het maximale salaris, terwijl de spelers
voorstelden dat de grotere teams hun inkomsten deelden met de kleinere
teams om elkaar zo naar een hoger niveau te tillen.
Omdat de
onderhandelingen stroef verliepen ging het seizoen 1994-1995 niet van
start. Bovendien braken enkele grote teams (Detroit, New York, Toronto,
Dallas en Philadelphia) met de NHL. Pas in januari 1995 kwam er een
einde aan deze patstelling, maar een echte salary cap was nog niet
ingevoerd. Deze gold slechts voor rookies die hun eerste contract
tekenden. Bovendien moesten rookies verplicht een zogeheten
two-way-contract tekenen, wat inhield dat ze ook naar het minor
league-team van de profclub konden worden gestuurd om zich verder te
ontwikkelen. Er werd vervolgens een verkort seizoen gespeeld, bestaande
uit 48 wedstrijden die alleen binnen de eigen conference gespeeld
werden.
De lockout
Tien jaar later probeerde de NHL het
opnieuw omdat enkele clubs op instorten stonden doordat ze teveel
salaris uitkeerden. Gemiddeld spendeerden de clubs 76% van hun inkomsten
aan spelerssalarissen, een veel hoger percentage dan in anderen
Noord-Amerikaanse sporten. Als gevolg hadden enkele clubs zichzelf
bankroet verklaard en moesten onder anderen de Washington Capitals al
hun dure spelers wegruilen.
De
NHL, geleid door Gary Bettman, deed in totaal zes voorstellen aan de
NHLPA, de spelersorganisatie van de NHL. Deze voorstellen varieerden van
een harde salary cap waaraan elk team zich moest houden tot een
gecentraliseerd salarisonderhandelingssysteem zoals in de Major League
Soccer, waarbij de league op basis van enkele criteria het salaris van
een speler bepaalde. Volgens Bettman was alleen een zogeheten 'luxury
tax' waarbij teams alleen extra moesten betalen als ze boven de salary
cap kwamen, niet genoeg omdat de grote teams dit lachend zouden
neertellen.
Veel sportcommentatoren vonden de plannen van
Bettman redelijk en logisch, maar het grootste kritiekpunt was dat bij
een harde salary cap zonder inkomstendeling van de teams, de grotere
teams juist garen sponnen. Dit waren dezelfde teams die Bettman lieten
vallen in 1994-1995.
Bob Goodenow, directeur van de NHLPA,
betwistte bovendien de cijfers waar de NHL mee kwam. Een rapport van het
vooraanstaande financiële magazine Forbes ondersteunde de
vermoedens van Goodenow, en schatte dat de verliezen in de NHL slechts
de helft waren van wat de NHL opgaf. Goodenow was bovendien principieel
tegen een salary cap of een variant daarvan, en in zijn ogen voldeden
alle zes de voorstellen hieraan.
Spelers ondersteunden Goodenow
en wezen vooral naar het feit dat teams veel te grote contracten
overeenkwamen met spelers die zich nog niet hadden bewezen, met als
grootste voorbeeld Bobby Holik die een contract ter waarde van 45
miljoen voor negen jaar kreeg van de Rangers. Na twee jaar werd dit
contract al afgekocht. Ook de spelers wilden gewoon een vrije
markt-systeem waarbij de teams verantwoordelijk waren voor de contracten
die zij de spelers aanboden.
Ook nu liepen de onderhandelingen
stroef, en voorstellen van beide teams werden verworpen door de andere
kant. De NHLPA deed steeds voorstellen gebaseerd op een harde salary
cap, terwijl de NHL het salaris aan de inkomsten van een club wilde
verbinden. Toen in februari nog geen einde aan de onderhandelingen kwam,
werd aangekondigd dat het seizoen 2004-2005 niet gespeeld zou worden.
Om
te voorkomen dat er nog een seizoen verloren ging, werd er in juli
extra veel onderhandeld. Uiteindelijk kwamen de NHL en de NHLPA alsnog
een salary cap overeen. Dit werd een harde salary cap die elk jaar zou
worden aangepast zodat de spelers 54 procent van de inkomsten zouden
krijgen. Er zou ook een minimumbedrag komen dat teams moesten uitgeven
aan salaris. Bovendien werd er een vorm van inkomstendeling toegepast:
de tien meestverdienende clubs moeten een deel van hun inkomsten delen
met de vijftien teams die het minst verdienen.
De gevolgen van de lockout
De
NHL verloor in eerste instantie veel fans. In de
toeschouwersstatistieken was dit nog niet zo te merken, maar de
televisie-aandacht voor de sport was flink afgenomen bij de hervatting.
Veel fans waren afgehaakt door de houding van de spelers tijdens de
staking: 52 procent van de fans vond dat de spelers schuld hadden aan de
staking terwijl slechts 21 procent van de fans de clubeigenaren de
schuld gaf. Veel spelers hadden erg hoge salarissen, waardoor veel fans
uit de middenklasse afhaakten doordat zij geen sympathie konden
opbrengen voor het standpunt van die spelers.
Pas de laatste
jaren krabbelen de kijkcijfers iets op, maar deze zijn nu pas op het
niveau van tien jaar geleden, geholpen door de Olympische Spelen in
Vancouver en het feit dat er de laatste jaren teams in de Stanley Cup
Finals stonden die meer aanspraken dan in de eerste twee jaar na de
lockout.
Verder moest er iets verzonnen worden voor de draft van
het seizoen 2005-2006. Doordat er in het seizoen ervoor niet gespeeld
werd, was er geen eindstand om de draftvolgorde mee te bepalen. Er werd
een gewogen loterij overeengekomen waarbij teams die de laatste drie
jaar minder gepresteerd hadden een hogere kans hadden op de eerste
keuze, die vermoedelijk Sidney Crosby zou worden. Bovendien zouden teams
die in de afgelopen vier jaar geen eerste keuze in de draft hadden een
grotere kans krijgen. Ook werd de draftvolgorde in de tweede ronde
omgedraaid om zo de teams die voor een systeem van gelijke kansen waren
te compenseren. Uiteindelijk wonnen de Pittsburgh Penguins de loterij,
en zij kozen inderdaad voor Crosby. Hij is inmiddels samen met Alexander
Ovechkin het gezicht van de NHL.
NHLPA-directeur Goodenow trad
vijf dagen na de overeenkomst af. Hij werd door velen als de grote
aanstichter van de lockout gezien vanwege zijn harde opstelling
tegenover elke vorm van een salary cap.
Vooral de Europese
ijshockeyteams profiteerden van de lockout. Spelers uit de NHL trokken
massaal naar de grote Europese competities om daar (een deel van) een
seizoen mee te spelen. Vanzelfsprekend trokken deze clubs door het
tekenen van de NHL-sterren meer toeschouwers en aandacht. De populairste
bestemmingen waren Rusland (75 spelers), Zweden (75 spelers), Tsjechië
(51 spelers), Finland (45 spelers) en Duitsland (22 spelers).
Ook
veel Noord-Amerikaanse minor league teams sponnen garen bij de lockout.
Veel spelers die inmiddels een NHL-niveau hadden bereikt bij hun
AHL-team bleven nog een jaar in de AHL (het niveau onder de NHL, elk NHL team heeft een AHL-team waar ze mee samenwerken) spelen en een aantal spelers
kozen ervoor om een jaar bij de club te gaan spelen waar ze groot zijn
geworden. In veel minor leagues braken de clubs daardoor
toeschouwersrecords.
Aangezien de NHL met name veel Canadese fans heeft, profiteerden ook andere sporten in Canada van de lockout. De Canadian
Football League brak records in zowel toeschouwersaantallen als
kijkcijfers, en wist een deel van deze 'overstappers' ook vast te houden
in 2005. Ook de National Lacrosse League zag een stijging in de
toeschouwersaantallen.