Genomineerden Sportcoach van het Jaar 2012

Dinsdag 18 december vindt het traditionele NOS / NOC*NSF Sportgala weer plaats. Op deze avond zullen de sportprijzen voor beste sportman, sportvrouw, gehandicapte sporter, talent, ploeg en trainer worden uitgereikt. In aanloop naar deze avond zullen we in zes specials alle genomineerden de revue laten passeren en nog eens terugblikken op hun prestaties in het afgelopen jaar. Vandaag bekijken we de genomineerden voor de coach van het jaar.

Max Caldas
We kennen Max Caldas in Nederland natuurlijk vooral als coach. Maar voor hij zijn loopbaan langs de lijn begon was hij zelf actief hockeyer. Hij nam voor Argentinië deel aan twee Olympische Spelen, die van 1996 in Atlanta en die van 2004 in Athene. De hockeysport bracht hem in Nederland waar hij vier jaar voor Klein Zwitserland speelde. Door een blessure besloot hij coach te worden. Zijn loopbaan als clubcoach bracht hem bij de dames van Amsterdam en de heren van Bloemendaal.

Tevens liep hij al die jaren al mee bij de nationale hockeybond. Bij het WK van 2006 en de Spelen van 2008 was Caldas assistent van bondscoach Mark Lammers. Beide toernooien werden door de Oranje dames gewonnen. Hierna zwaaide Caldas als hoofdcoach de scepter bij de mannen van jong Oranje. In 2010 werd de Argentijn gevraagd Herman Kruis, bondscoach van de vrouwen, op te volgen wiens contract na de verloren WK finale van dat jaar niet verlengd werd. Met Caldas hoopte de bond de lijn van Lammers weer op te pakken.

In 2011 wist de nieuwe bondscoach meteen twee belangrijke prijzen te winnen, in Amstelveen won Oranje de Champions Throphy en in Mönchengladbach werd Nederland Europees kampioen. De basis voor prolongatie van goud op de Spelen leek dus goed. Begin 2012 werd Oranje even met beide benen op de grond teruggezet met een derde plaats in de Champions Throphy in Rosario. In de halve finale moest Nederland buigen voor aartsrivaal Argentinië. De wraak op de Spelen zou zoet zijn, maar daarover meer als we de dames hockey ploeg bij hun nominatie onder de loep nemen volgende week maandag.

Maar wat Caldas als bondscoach bijvoorbeeld goed deed was toen strafcornerspecialiste Maartje Paumen de ballen maar niet in de goal kreeg, hij haar persoonlijke coach liet overkomen. Dit had effect, want Paumen scoorde zowel in de halve finale als in de eindstrijd. Hiermee wist Oranje de olympische titel te prolongeren.

Max Caldas (foto: Pro Shots)
Max Caldas (foto: Pro Shots)


Daniël Knibbeler
Je ziet het niet vaak, een brandweerman bij de genomineerden op het sportgala. Toch is er in de persoon van Daniël Knibbeler een spuitgast genomineerd. Die nominatie heeft hij echt niet te danken aan zijn werk als vuurbestrijder maar als coach van Epke Zonderland. Knibbeler werd halverwege 2010 de coach van Zonderland als opvolger van Gerard Speerstra. Dat was de man die Epke al bijna twee decennia coachte. Knibbeler was op dat moment juniorencoach in Heerenveen, de plek waar Zonderland ook turnt.

De taak van de nieuwe trainer was erg belangrijk nadat Zonderland zich niet direct wist te kwalificeren via een top drie op de rekstok tijdens het WK. Nu moest de jonge Fries zich via de meerkamp kwalificeren. Via een uitgekiend traject plaatste hij zich en kon het vizier weer volledig op de rekstok gericht worden. Nadat Zonderland met het idee van de befaamde combinatie van drie vluchtelementen kwam (daarover meer als we de nominatie van Zonderland onder de loep nemen) zetten beide heren samen het plan in elkaar om dit op de Spelen te tonen.

Dat dit lukte mag duidelijk zijn. Zonderland behaalde met een fenomenale oefening goud. Maar dat Knibbeler niets aan het toeval over liet mag blijken uit het feit dat hij vlak voor de kwalificatie de rekstok nog voorzag van een extra laag van hun eigen magnesium. Als beloning voor zijn werk als coach van de gouden Epke werd hij bij de huldiging van de sporters in de Ridderzaal onderscheiden met de zilveren Olympische Coach Londen 2012, een prijs in het leven geroepen door NOC*NSF en Ernst & Young om de trainers van de sporters nog eens extra te belonen.

Jacco Verhaeren 
Je hebt sporters met een uitzonderlijk talent maar je hebt ook trainers met een bijzonder talent. Jacco Verhaeren is er zo één. Met een staat van dienst als die van Verhaeren mag je gerust een kampioenenmaker genoemd worden. Verhaeren begon zijn loopbaan in de sport op het CIOS. Met dat als basis werd hij zwemtrainer in Eindhoven en Maastricht. In de Lichtstad ging hij werken met Pieter van den Hoogenband. Beiden waren nog onervaren, maar de combinatie werkte goed en Verhaeren begeleidde Van den Hoogenband op weg naar de top.

Later kreeg de jonge coach ook Inge de Bruijn onder zijn hoede. De twee supertalenten die hij trainde schitterden in 2000 op de Spelen van Sydney. Ze wonnen een hele berg medailles, waaronder vier gouden. Hiermee werd de basis gelegd voor de eerste commerciële zwemploeg van Nederland, waar Verhaeren de leiding over kreeg. In de jaren die volgden verzamelden zijn zwemmers meer en meer titels. In 2006 werd Verhaeren ook technisch directeur van de nationale zwembond naast zijn werk in Eindhoven.

Op de Spelen van Londen had de Brabander diverse ijzers in het vuur. In het begin van het toernooi wist de damesestafetteploeg een zilveren medaille te veroveren. Daarna volgden de gouden races van Ranomi Kromowidjojo. En als mooie bonus pakte Marleen Veldhuis ook nog brons op de 50 meter vrije slag. Na het behalen van een tiende gouden medaille als coach gaf Verhaeren aan zijn trainersloopbaan te beëindigen. Hij gaat zich fulltime richten op zijn functie bij de KNZB.